ECLI:NL:HR:2000:AA5778
Hoge Raad
- Cassatie
- P. Neleman
- A. Hammerstein
- P.C. Kop
- W.H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding tussen partijen met cassatie door de vrouw
In deze zaak heeft de man op 25 november 1997 een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank te Utrecht met het verzoek om echtscheiding van zijn vrouw. De vrouw heeft dit verzoek gemotiveerd bestreden. De Rechtbank heeft op 4 maart 1998 de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. Hierop heeft de vrouw hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam. Na een tussenbeschikking op 10 december 1998 heeft het Hof op 11 maart 1999 de beschikking van de Rechtbank bekrachtigd en het meer of anders verzochte afgewezen. Beide beschikkingen van het Hof zijn aan de eindbeschikking gehecht.
Tegen de eindbeschikking van het Hof heeft de vrouw beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan de beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De man heeft geen verweerschrift ingediend. De Advocaat-Generaal Strikwerda heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft het middel beoordeeld en geconcludeerd dat het middel faalt op de gronden die zijn uiteengezet in de conclusie van de Advocaat-Generaal. De Hoge Raad heeft vervolgens het beroep van de vrouw verworpen. Deze beschikking is gegeven door de raadsheren P. Neleman, als voorzitter, A. Hammerstein en P.C. Kop, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer W.H. Heemskerk op 12 mei 2000.