ECLI:NL:HR:2001:AB0802
Hoge Raad
- Cassatie
- C.H.M. Jansen
- J.B. Fleers
- O. de Savornin Lohman
- W.H. Heemskerk
- Rechtspraak.nl
Cassatie over ontvankelijkheid van het beroep in een civiele zaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 30 maart 2001 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. De zaak betreft een geschil tussen [eiser] en [verweerster], waarbij [verweerster] [eiser] had gedagvaard voor de Kantonrechter te Tilburg. De Kantonrechter had op 17 februari 2000 in conventie [eiser] veroordeeld tot betaling van ƒ 450,-- aan [verweerster], en had de vordering in reconventie van [eiser] afgewezen. [Eiser] heeft tegen dit vonnis cassatie ingesteld, maar de Hoge Raad heeft geoordeeld dat [eiser] niet-ontvankelijk is in zijn cassatieberoep. Dit oordeel is gebaseerd op de overweging dat [eiser] in hoger beroep had kunnen komen tegen het vonnis van de Kantonrechter bij de Rechtbank te Breda, en dat hij dit niet heeft gedaan. De Hoge Raad heeft de kosten van het geding in cassatie aan [verweerster] toegewezen, maar deze zijn begroot op nihil, aangezien [verweerster] niet is verschenen. De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekte tot niet-ontvankelijkverklaring van [eiser]. Het arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer W.H. Heemskerk.