ECLI:NL:HR:2001:AD3982

Hoge Raad

Datum uitspraak
7 december 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C01/230HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • R. Herrmann
  • A.E.M. van der Putt-Lauwers
  • H.A.M. Aaftink
  • A. Hammerstein
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag van instantie in cassatieprocedure met veroordeling in proceskosten

In deze zaak heeft eiser tot cassatie, aangeduid als [eiser], beroep ingesteld tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, uitgesproken op 20 maart 2001. Eiser heeft SNS Automotive N.V., handelend onder de naam Expert Lease, gedagvaard om te verschijnen voor de Hoge Raad. De zitting op 17 augustus 2001 kon niet doorgaan omdat de Hoge Raad geen zitting had. Eiser heeft vervolgens de datum van verschijnen gewijzigd naar 7 september 2001, maar ook op deze datum zijn beide partijen niet verschenen. De Rolraadsheer heeft de zaak aangehouden tot de zitting van 21 september 2001, waar SNS wel aanwezig was, maar [eiser] wederom niet. SNS verzocht om verstek tegen [eiser]. De Advocaat-Generaal L. Strikwerda heeft geconcludeerd dat verstek verleend moet worden en dat SNS van de instantie moet worden ontslagen, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten. De Hoge Raad heeft op basis van artikel 75 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering SNS van de instantie ontslagen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op ƒ 735,-- aan verschotten en ƒ 500,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen op 7 december 2001 en openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein.

Uitspraak

7 december 2001
Eerste Kamer
Nr. C01/230HR
CP
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser], wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
niet verschenen,
t e g e n
SNS AUTOMOTIVE N.V., tevens handelende onder de naam Expert Lease, gevestigd te Culemborg,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. E. van Staden ten Brink.
1. Het geding in cassatie
1.1 Bij exploit van 19 juni 2001 heeft eiser tot cassatie - verder te noemen: [eiser] - aan verweerster in cassatie - verder te noemen: SNS - aangezegd dat hij beroep in cassatie instelt tegen het tussen partijen in hoger beroep gewezen en op 20 maart 2001 uitgesproken arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch en voorts SNS gedagvaard om op vrijdag 17 augustus 2001 te verschijnen ter terechtzitting van de Hoge Raad. Op die dag had de Hoge Raad geen zitting zodat de zaak niet ter rolle kon worden ingeschreven.
Bij exploit van 17 augustus 2001 heeft [eiser] aan SNS aangezegd dat, onder uitdrukkelijke instandhouding van het reeds uitgebrachte exploit, het tijdstip waarop partijen moeten verschijnen is gewijzigd in 7 september 2001 en SNS opgeroepen op die dag ter terechtzitting te verschijnen.
1.2 Ter zitting van 7 september 2001 zijn beide partijen niet verschenen. Daarop heeft de Rolraadsheer de zaak veertien dagen aangehouden tot de terechtzitting van 21 september 2001 om [eiser] in de gelegenheid te stellen alsnog te verschijnen.
1.3 Na uitroeping van de zaak ter terechtzitting van 21 september 2001 is vastgesteld dat SNS wel, doch [eiser] wederom niet was verschenen. SNS heeft verzocht tegen [eiser] verstek te verlenen.
1.4 De Advocaat-Generaal L. Strikwerda heeft geconcludeerd dat tegen [eiser] verstek wordt verleend en dat SNS van de instantie wordt ontslagen, met veroordeling van [eiser] in de proceskosten.
1.5 De Rolraadsheer heeft ter terechtzitting van 21 september 2001 verstek verleend tegen de niet verschenen [eiser] en de zaak naar de Eerste Meervoudige Kamer van de Hoge Raad verwezen voor een beslissing omtrent het ontslag van de instantie van SNS.
1.6 De Hoge Raad zal op grond van het bepaalde in art. 75 Rv. SNS van de instantie ontslaan met veroordeling van [eiser] in de kosten van het geding in cassatie.
2. Beslissing
De Hoge Raad ontslaat SNS van de instantie;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van SNS begroot op ƒ 735,-- aan verschotten en ƒ 500,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren R. Herrmann, als voorzitter, A.E.M. van der Putt-Lauwers en H.A.M. Aaftink, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer A. Hammerstein op 7 december 2001.