ECLI:NL:HR:2001:AD7449
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H.J. Mijnssen
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de rechtsgeldigheid van huurovereenkomst opzegging door gemeente
In deze zaak heeft verzoekster tot cassatie, een huurder, zich gewend tot de Kantonrechter met het verzoek om de opzegging van de huurovereenkomst door de gemeente Hellevoetsluis niet-ontvankelijk te verklaren. Verzoekster stelde dat de opzegging niet rechtsgeldig was, primair wegens misbruik van recht en subsidiair wegens strijd met het evenredigheidsbeginsel. Daarnaast vroeg verzoekster om verlenging van de termijn voor ontruiming van het gehuurde tot 1 januari 2001. De gemeente heeft het verzoek bestreden. De Kantonrechter verklaarde verzoekster bij beschikking van 22 februari 2000 niet-ontvankelijk en compenseerde de proceskosten. Verzoekster ging in hoger beroep bij de Rechtbank te Rotterdam, die op 15 februari 2001 de beschikking van de Kantonrechter vernietigde, maar het meer of anders verzochte afwees en de proceskosten opnieuw compenseerde.
Tegen deze beschikking heeft verzoekster cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal, die tot verwerping van het beroep strekte, gevolgd. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie konden leiden, omdat zij geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling aan de orde stelden. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en verzoekster veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de gemeente zijn begroot op ƒ 525,-- aan verschotten en ƒ 2.500,-- voor salaris. De beschikking is openbaar uitgesproken op 21 december 2001.