ECLI:NL:HR:2003:AF0187
Hoge Raad
- Cassatie
- R. Herrmann
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- O. de Savornin Lohman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over onrechtmatige gedragingen en ouderlijke macht
In deze zaak hebben eisers tot cassatie, [eiser] c.s., op 29 december 1997 verweerders in cassatie, [verweerder] c.s., gedagvaard voor de Rechtbank te Rotterdam. Zij vorderden onder meer dat verweerders zouden worden veroordeeld tot het staken van onrechtmatige gedragingen jegens hen, waaronder hinderlijke provocaties en het verspreiden van valse geruchten. Daarnaast vroegen zij om een verbod voor verweerders om zich binnen een afstand van 1 kilometer van hun woning te begeven en om rectificatie van de adressering in het regionale telefoonboek. De Rechtbank verklaarde eisers niet-ontvankelijk in hun vordering tot rectificatie en wees de overige vorderingen af bij vonnis van 14 mei 1998.
Eisers gingen in hoger beroep bij het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 25 oktober 2000 het vonnis van de Rechtbank bekrachtigde. Hierop hebben eisers cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal, L.A.D. Keus, gevolgd, die tot verwerping van het beroep strekte. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van eisers niet tot cassatie konden leiden, omdat deze geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling met zich meebrachten.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en eisers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van verweerders zijn begroot op € 286,88 aan verschotten en € 1.365,-- voor salaris. Dit arrest is uitgesproken op 24 januari 2003 door de vice-president R. Herrmann en de overige raadsheren.