ECLI:NL:HR:2003:AF4521

Hoge Raad

Datum uitspraak
14 februari 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
37964
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • G.J. Zuurmond
  • F.W.G.M. van Brunschot
  • D.G. van Vliet
  • P. Lourens
  • J.W. van den Berge
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over aanslagen vennootschapsbelasting en navorderingsaanslag

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van de X U.A. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 11 januari 2002, betreffende aanslagen in de vennootschapsbelasting voor de jaren 1997, 1998 en 1999. De belanghebbende, X U.A., kreeg aanslagen opgelegd naar een belastbaar bedrag van ƒ 14.559.718, ƒ 18.547.966 en ƒ 14.747.142, alsmede een navorderingsaanslag voor het jaar 1997 van ƒ 17.639.300. Na bezwaar tegen deze aanslagen, zijn de uitspraken van de Inspecteur gehandhaafd. Hierop heeft de belanghebbende beroep ingesteld bij het Hof, dat het beroep ongegrond verklaarde. De uitspraak van het Hof is aan het arrest gehecht, evenals het beroepschrift in cassatie.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend, en de belanghebbende heeft de zaak laten toelichten door mr. R.J. de Vries, advocaat te Amsterdam. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het Hof op goede gronden een juiste beslissing heeft gegeven. Het middel dat door de belanghebbende is ingediend, kan derhalve niet tot cassatie leiden.

De Hoge Raad heeft ook de proceskosten beoordeeld en geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep ongegrond verklaard. Dit arrest is gewezen door de vice-president G.J. Zuurmond als voorzitter, en de raadsheren F.W.G.M. van Brunschot, D.G. van Vliet, P. Lourens en J.W. van den Berge, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en is openbaar uitgesproken op 14 februari 2003.

Uitspraak

Nr. 37.964
14 februari 2003
RB
gewezen op het beroep in cassatie van de X U.A. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 11 januari 2002, nr. 379/01, betreffende na te melden aanslagen in de vennootschapsbelasting.
1. Aanslagen, navorderingsaanslag, bezwaren en geding voor het Hof
Aan belanghebbende zijn voor de jaren 1997, 1998 en 1999 aanslagen in de vennootschapsbelasting opgelegd naar een belastbaar bedrag van ƒ 14.559.718, respectievelijk ƒ 18.547.966 en ƒ 14.747.142, alsmede een navorderingsaanslag voor het jaar 1997 naar een belastbaar bedrag van ƒ 17.639.300, welke aanslagen, na daartegen gemaakt bezwaar, bij in één geschrift vervatte uitspraken van de Inspecteur zijn gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken bij één beroepschrift in beroep gekomen bij het Hof.
Het Hof heeft het beroep ongegrond verklaard. De uitspraak van het Hof is aan dit arrest gehecht.
2. Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft de zaak doen toelichten door mr. R.J. de Vries, advocaat te Amsterdam.
3. Beoordeling van het middel
Het Hof heeft op goede gronden een juiste beslissing gegeven. Het middel kan derhalve niet tot cassatie leiden.
4. Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
5. Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de vice-president G.J. Zuurmond als voorzitter, en de raadsheren F.W.G.M. van Brunschot, D.G. van Vliet, P. Lourens en J.W. van den Berge, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en in het openbaar uitgesproken op 14 februari 2003.