ECLI:NL:HR:2003:AK8286
Hoge Raad
- Cassatie
- A.G. Pos
- J.C. van Oven
- A.R. Leemreis
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de waardering van onroerende zaken en de toepassing van de Wet WOZ
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 4 december 2001, betreffende een beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). De Hoge Raad heeft op 19 september 2003 uitspraak gedaan. De zaak betreft de waardering van een onroerende zaak, gelegen aan de a-straat 1 te Z, die voor het tijdvak van 1 januari 1997 tot en met 31 december 2000 was vastgesteld op ƒ 250.000. Na bezwaar van belanghebbende heeft de gemeente Wassenaar de beschikking gehandhaafd, waarna belanghebbende in beroep ging bij het Hof. Het Hof verklaarde het beroep ongegrond, wat leidde tot het cassatieberoep.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de waardepeildatum voor de onderhavige beschikking 1 januari 1994 was, maar dat de beoordeling van de staat van het pand niet mocht plaatsvinden op basis van de situatie op 1 januari 1997. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof ten onrechte had geoordeeld dat de staat van het pand op 1 januari 1997 bepalend was voor de waardering. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Hof en verwees de zaak naar het Gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens werd de gemeente Wassenaar gelast om het griffierecht van € 72 aan belanghebbende te vergoeden.
De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt de noodzaak om bij de waardering van onroerende zaken de juiste waardepeildatum en de staat van het pand in acht te nemen, conform de bepalingen van de Wet WOZ. Dit arrest heeft implicaties voor de wijze waarop gemeenten de waarde van onroerende zaken vaststellen en kan gevolgen hebben voor toekomstige waarderingen en geschillen hierover.