ECLI:NL:HR:2004:AQ0115
Hoge Raad
- Cassatie
- A.E.M. van der Putt-Lauwers
- F.W.G.M. van Brunschot
- C.B. Bavinck
- Rechtspraak.nl
Waardering van strategische gronden en goed koopmansgebruik in vennootschapsbelasting
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X B.V. tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, betreffende een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 1995. De Inspecteur had een aanslag opgelegd van ƒ 10.912.241, welke na bezwaar was verminderd. Het Hof heeft de aanslag vastgesteld op € 4.909.716,34. X B.V. heeft tegen deze uitspraak beroep in cassatie ingesteld. De Hoge Raad behandelt de kwalificatie van strategische gronden en de waardering daarvan in het kader van goed koopmansgebruik.
De Hoge Raad oordeelt dat de strategische gronden niet als onderhanden werk moeten worden aangemerkt, maar als voorraad. Dit betekent dat de gronden niet onder de kostprijs mogen worden gewaardeerd. De Hoge Raad bevestigt het oordeel van het Hof dat de waarde van de bouwclaim kan worden gesteld op het verschil tussen de kostprijs van de grond en de verkoopprijs aan de gemeente. De Hoge Raad concludeert dat de middelen van X B.V. falen, omdat de waardering van de gronden niet in strijd is met goed koopmansgebruik.
De Hoge Raad verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president en twee raadsheren, en openbaar uitgesproken op 9 juli 2004.