ECLI:NL:HR:2005:AR6163
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- H.A.M. Aaftink
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over aansprakelijkheid en schadevergoeding in de verfsector
In deze zaak heeft Devoe Coatings B.V. (hierna: Devoe) cassatie ingesteld tegen AMEV Schadeverzekering N.V. (hierna: Amev) na een eerdere uitspraak van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Devoe had Amev gedagvaard voor de rechtbank te Rotterdam, waarbij zij vorderde dat Amev haar zou veroordelen tot betaling van een schadevergoeding van DM 175.000,--, alsmede tot betaling van 35% van de kosten die Devoe had gemaakt in verband met een aansprakelijkheidsvordering van de Duitse scheepswerf Bremer Vulkan. De rechtbank had de vordering van Devoe toegewezen, maar het gerechtshof vernietigde dit vonnis en wees de vordering af, met als argument dat de onregelmatigheden in de topcoatings geen 'schade aan goederen' vormden volgens de polisvoorwaarden.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het oordeel van het hof onbegrijpelijk was. De Hoge Raad oordeelde dat de topcoatings aanvankelijk gaaf waren en dat de schade is ontstaan door een van buiten komende oorzaak, namelijk het binnendringen van lucht vanuit de primer in de natte topcoatings. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof en verwees de zaak naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. Tevens werd Amev veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Devoe waren begroot op € 4.034,38 aan verschotten en € 1.590,-- voor salaris.