ECLI:NL:HR:2005:AU2863
Hoge Raad
- Cassatie
- P.C. Kop
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid cassatieberoep en herstelmogelijkheden bij indiening per fax
In deze zaak heeft verzoeker tot cassatie, vertegenwoordigd door advocaat mr. A. Vijftigschild, een verzoek ingediend bij de rechtbank te Alkmaar om de beschikking van het gerechtshof te Amsterdam van 17 april 2003 te wijzigen. Verzoeker wilde alleen belast worden met het gezag over zijn dochter, geboren op [geboortedatum] 1992, en verzocht om haar hoofdverblijfplaats bij hem te vestigen, met een kinderbijdrage van nihil. De rechtbank verklaarde verzoeker op 7 januari 2004 niet-ontvankelijk in zijn verzoek en veroordeelde hem in de kosten. Verzoeker ging in hoger beroep, maar het gerechtshof bekrachtigde de eerdere beschikking op 7 oktober 2004. Hierop stelde verzoeker cassatie in bij de Hoge Raad.
De Hoge Raad ontving op 7 januari 2005 een faxbrief waarin verzoeker cassatieberoep instelde, maar deze was niet ondertekend door een advocaat bij de Hoge Raad, wat in strijd was met artikel 426a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. Op 20 januari 2005 werd een origineel verzoekschrift ingediend, maar dit was niet tijdig ingediend na de faxbrief. De Hoge Raad oordeelde dat het gebrek niet was hersteld en verklaarde verzoeker niet-ontvankelijk in zijn cassatieberoep. De beslissing werd genomen door de raadsheren P.C. Kop, J.C. van Oven, F.B. Bakels, en openbaar uitgesproken door E.J. Numann op 16 december 2005.