ECLI:NL:HR:2005:AU4526
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Geschil over de rechtmatigheid van door een overheidsorgaan verstrekte inlichtingen voorafgaand aan vergunningverlening
In deze zaak heeft eiseres tot cassatie, een onderneming gevestigd te [vestigingsplaats], de Gemeente Lith gedagvaard voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch. Eiseres vorderde schadevergoeding voor de door de Gemeente gepleegde onrechtmatige daad, die zou zijn ontstaan door onjuiste inlichtingen over vergunningseisen. De rechtbank heeft op 31 augustus 2001 in een incident de dagvaarding van de Staat en de Provincie bevolen en de hoofdzaak naar de rol verwezen. Op 28 augustus 2002 heeft de rechtbank de vorderingen van eiseres afgewezen en haar in de proceskosten veroordeeld. Eiseres heeft hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 11 mei 2004 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. Eiseres heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L.A.D. Keus, die strekte tot verwerping van het cassatieberoep, in overweging genomen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie kunnen leiden, omdat deze geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling aan de orde stellen. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiseres in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op € 359,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren E.J. Numann, O. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel en W.D.H. Asser, en openbaar uitgesproken op 23 december 2005.