ECLI:NL:HR:2006:AV4316
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij bedrijfsongeval en verjaringstermijn
In deze zaak gaat het om een bedrijfsongeval dat plaatsvond op 18 mei 1994, waarbij een werknemer van een onderaannemer, [verweerder], ernstig letsel opliep door een ontploffing van een PVC-leiding tijdens isolatiewerkzaamheden. De eiseres, [eiseres], had de opdracht gegeven voor de levering en plaatsing van een stoomketel aan Agriculture Engineering Maasbree B.V. (AEM), die deze werkzaamheden had uitbesteed aan verschillende bedrijven, waaronder [A] B.V. en CA-LA B.V. Na het ongeval heeft [verweerder] [eiseres] aansprakelijk gesteld, maar de rechtbank heeft de vordering afgewezen, o.a. op basis van verjaring. Het gerechtshof te 's-Hertogenbosch heeft in hoger beroep de vordering van [verweerder] alsnog toegewezen, maar dit arrest is door de Hoge Raad vernietigd. De Hoge Raad oordeelt dat de vordering van [verweerder] niet was verjaard, omdat hij pas na ontvangst van het rapport van de arbeidsinspectie op 13 februari 1996 voldoende informatie had om [eiseres] aansprakelijk te stellen. De Hoge Raad verwijst de zaak terug naar het gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling en beslissing, en veroordeelt [verweerder] in de kosten van het geding in cassatie.