ECLI:NL:HR:2006:AX9398
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Geschil tussen transportonderneming en groothandel over vergoeding van europallets en onbetaalde facturen
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de transportonderneming European Toiletry Brokers B.V. (hierna: ETB) en een groothandel over de vergoeding van niet teruggegeven europallets en onbetaald gelaten facturen. De zaak is gestart door de groothandel, die ETB op 12 april 2002 heeft gedagvaard voor de rechtbank te Amsterdam. De groothandel vorderde een bedrag van € 17.542,64, bestaande uit hoofdsom, buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. ETB verscheen niet ter zitting, wat leidde tot een verstekvonnis op 17 juli 2002, waarin de rechtbank ETB veroordeelde tot betaling van € 15.330,71, met wettelijke rente en kosten van het geding.
ETB kwam in verzet tegen dit verstekvonnis en vorderde in reconventie ontheffing van de veroordeling en teruggave van goederen die de groothandel onder zich had. De rechtbank gelastte een comparitie van partijen en ETB wijzigde haar vordering in reconventie naar schadevergoeding voor het zoekraken van goederen. Bij eindvonnis op 27 augustus 2003 verklaarde de rechtbank het verzet ongegrond en wees de reconventionele vordering af. ETB ging in hoger beroep bij het gerechtshof te Amsterdam, dat op 24 maart 2005 het vonnis bekrachtigde.
Tegen dit arrest stelde ETB cassatie in. De Hoge Raad, onder leiding van vice-president J.B. Fleers, heeft op 6 oktober 2006 het beroep verworpen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het middel niet tot cassatie konden leiden en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling aan de orde stelden. ETB werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, begroot op € 596,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.