ECLI:NL:HR:2007:BA2924
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- O. de Savornin Lohman
- E.J. Numann
- F.B. Bakels
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Intrekking van naturalisatiebesluiten en de afstandseis bij huwelijk met een Nederlander
In deze zaak gaat het om de intrekking van naturalisatiebesluiten van een Turkse man en zijn echtgenote, die in 2000 de Nederlandse nationaliteit verkregen. De Staat der Nederlanden heeft in 2002 de naturalisatiebesluiten ingetrokken omdat het echtpaar niet had voldaan aan de eis om afstand te doen van hun oorspronkelijke nationaliteit. Het echtpaar heeft in 2005 verzocht om vaststelling van hun Nederlandse nationaliteit, wat leidde tot een rechtszaak. De rechtbank oordeelde dat het echtpaar sinds 3 april 2000 in het bezit was van de Nederlandse nationaliteit. De Staat ging in cassatie tegen deze uitspraak, met de stelling dat de intrekking van de naturalisatiebesluiten rechtskracht had en dat de afstandseis terecht was gesteld. De Hoge Raad oordeelde echter dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de afstandseis niet van toepassing was, omdat de echtgenote van de verzoeker gehuwd was met een Nederlander. De Hoge Raad verwierp het beroep van de Staat en bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij de Staat werd veroordeeld in de proceskosten. Deze zaak benadrukt de toepassing van de Rijkswet op het Nederlanderschap en de relevante circulaires omtrent de afstand van de oorspronkelijke nationaliteit bij naturalisatie.