ECLI:NL:HR:2007:BA4199

Hoge Raad

Datum uitspraak
10 april 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
CPG 42863
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • A.G. Overgaauw
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Recht op aftrek van voorbelasting bij verkoop van deelnemingen

In deze zaak gaat het om de vraag of een belanghebbende recht heeft op aftrek van voorbelasting in verband met de verkoop van een 30%-belang in een deelneming, die in 1996 heeft plaatsgevonden. De belanghebbende heeft diensten ontvangen waarvoor BTW in rekening is gebracht. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage heeft deze vraag bevestigend beantwoord, waarbij het Hof zich baseert op eerdere arresten van de Hoge Raad. Het Hof concludeert dat de verkoop van aandelen geen economische activiteit is, maar dat de voorbelasting in aftrek kan komen als de verkoop samenhangt met het ondernemerschap van de verkoper. Dit laatste was in dit geval aan de orde, volgens het Hof.

De bijlage bij de conclusie van de Advocaat-Generaal (A-G) Overgaauw bestaat uit twee onderdelen. In het eerste onderdeel wordt de algemene stand van zaken met betrekking tot het recht op aftrek van voorbelasting ter zake van verkoopkosten van deelnemingen besproken. De A-G concludeert dat de arresten van de Hoge Raad verenigbaar zijn met de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EG). Hoewel de verkoop van een deelneming geen economische activiteit is, kunnen de verkoopkosten als algemene kosten worden aangemerkt, waardoor de daarop drukkende voorbelasting pro-rata aftrekbaar is.

In het tweede deel van de bijlage wordt ingegaan op de vraag of ook bij de verkoop van een minderheidsdeelneming de voorbelasting op verkoopkosten in aftrek kan komen. De A-G concludeert dat het middel van de Staatssecretaris, dat het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat de voorbelasting in aftrek kan komen, faalt. Het oordeel van het Hof is in lijn met de jurisprudentie van de Hoge Raad. De A-G stelt dat ook bij de verkoop van een minderheidsdeelneming aftrek van voorbelasting mogelijk is, mits de deelneming een wezenlijke functie vervulde in de onderneming van de verkoper. Het oordeel van het Hof dat de verkoop samenhangt met het ondernemerschap van de belanghebbende is voldoende gemotiveerd en niet onbegrijpelijk, gezien de feiten van de zaak.

Uitspraak

Uitspraak volgt