ECLI:NL:HR:2008:BF3839

Hoge Raad

Datum uitspraak
28 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/11661 B
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • A.J.A. van Dorst
  • J.P. Balkema
  • H.A.G. Splinter-van Kan
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beschikking ex art. 577b Sv en ontvankelijkheid van het beroep

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank te Zwolle-Lelystad, gedateerd 21 februari 2007, met nummer 07/620037-05. De veroordeelde, geboren in 1967, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. T.H. Dijkstra. De zaak betreft een verzoek als bedoeld in artikel 577b van het Wetboek van Strafvordering. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van het beroep, omdat volgens artikel 445 van het Wetboek van Strafvordering tegen beschikkingen alleen beroep in cassatie openstaat in de gevallen die in dat wetboek zijn bepaald.

De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep beoordeeld en vastgesteld dat er geen wettelijke basis is voor het instellen van cassatie tegen de onderhavige beschikking. Aangezien het Wetboek van Strafvordering geen bepaling bevat die het mogelijk maakt om tegen deze specifieke beschikking in cassatie te gaan, kan de veroordeelde niet in het beroep worden ontvangen. De Hoge Raad heeft daarom de veroordeelde niet-ontvankelijk verklaard in het beroep.

Deze uitspraak is gedaan door de raadsheer A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren J.P. Balkema en H.A.G. Splinter-van Kan, en is uitgesproken op 28 oktober 2008. De beslissing benadrukt het belang van de wettelijke kaders voor het instellen van cassatie en de beperkingen die daarin zijn opgenomen.

Uitspraak

28 oktober 2008
Strafkamer
nr. 07/11661 B
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank te Zwolle-Lelystad van 21 februari 2007, nummer 07/620037-05, op een verzoek als bedoeld in art. 577b van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door:
[Veroordeelde], geboren op [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de veroordeelde. Namens deze heeft mr. T.H. Dijkstra, advocaat te Zwolle, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld.
De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van het beroep.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
Volgens art. 445 Sv staat tegen beschikkingen beroep in cassatie alleen open in de gevallen in dat wetboek bepaald. Nu in dat wetboek geen bepaling voorkomt volgens welke tegen een beschikking als de onderhavige beroep in cassatie openstaat, kan de veroordeelde in het ingestelde beroep niet worden ontvangen.
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart de veroordeelde niet-ontvankelijk in het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren J.P. Balkema en H.A.G. Splinter-van Kan, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.J. Verhoeven, en uitgesproken op 28 oktober 2008.