ECLI:NL:HR:2008:BG1118

Hoge Raad

Datum uitspraak
12 december 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
R07/134HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging van partneralimentatie en terugbetaling na vernietiging in appel

In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over de wijziging van partneralimentatie. Verzoekster heeft op 22 juli 2005 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank 's-Hertogenbosch, waarin zij verzocht om de beschikking van 1 april 2005, waarin de partneralimentatie op nihil was gesteld, te wijzigen. Verzoekster vroeg om een bijdrage van € 1.159,-- per maand met ingang van 1 april 2005. Verweerder heeft dit verzoek bestreden. De rechtbank heeft na mondelinge behandeling op 3 juli 2006 de beschikking van 1 april 2005 gewijzigd en de partneralimentatie per 21 april 2006 vastgesteld op € 520,-- per maand.

Verweerder ging in hoger beroep bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, terwijl verzoekster incidenteel appel instelde. Het hof heeft op 11 april 2007 de beschikking van de rechtbank van 3 juli 2006 vernietigd en opnieuw rechtdoende de beschikking van 1 april 2005 gewijzigd. Verweerder werd verplicht om aan verzoekster een bedrag van € 385,-- per maand te betalen met ingang van 25 juli 2005 en € 79,-- per maand met ingang van 11 april 2007. Tevens werd verzoekster verplicht om een bedrag van € 5.502,-- terug te betalen wegens ten onrechte ontvangen partneralimentatie.

Tegen deze beschikking heeft verzoekster cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad verwerpt het beroep, waarbij de beslissing is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk en openbaar uitgesproken door E.J. Numann op 12 december 2008.

Uitspraak

12 december 2008
Eerste Kamer
Nr. R07/134HR
EV/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoekster],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
[Verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoekster] en [verweerder].
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 22 juli 2005 ter griffie van de rechtbank 's-Hertogenbosch ingediend verzoekschrift heeft [verzoekster] zich gewend tot die rechtbank en verzocht, kort gezegd, de beschikking van 1 april 2005, waarbij de partneralimentatie op nihil is gesteld, te wijzigen en te bepalen dat de man een bijdrage in het levensonderhoud van [verzoekster] behoort te betalen van € 1.159,-- per maand met ingang van 1 april 2005.
[Verweerder] heeft het verzoek bestreden.
De rechtbank heeft, na mondelinge behandeling, bij beschikking van 3 juli 2006 de beschikking van 1 april 2005 gewijzigd en de partneralimentatie per 21 april 2006 nader bepaald op € 520,-- per maand.
Tegen deze beschikking heeft [verweerder] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. [Verzoekster] heeft incidenteel appel ingesteld.
Bij beschikking van 11 april 2007 heeft het hof, na mondelinge behandeling, in het principaal en incidenteel appel de beschikking van de rechtbank van 3 juli 2006 vernietigd en, opnieuw rechtdoende, de beschikking van 1 april 2005 gewijzigd met dien verstande dat [verweerder] aan [verzoekster] voor haar levensonderhoud:
- met ingang van 25 juli 2005 een bedrag van € 385,-- per maand; en
- met ingang van 11 april 2007 een bedrag van € 79,-- per maand,
zal voldoen en bepaald dat [verzoekster] aan [verweerder] een bedrag van € 5.502,-- moet (terug)betalen wegens ten onrechte in het verleden ontvangen partneralimentatie.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft [verzoekster] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal
J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 12 december 2008.