ECLI:NL:HR:2009:BG5622
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Dordrecht inzake diefstal
Op 20 januari 2009 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in de zaak met nummer 07/12837 H, waarin herziening werd gevraagd van een eerder vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Dordrecht. De aanvraagster, geboren in 1964 en wonende te Dordrecht, was eerder veroordeeld voor diefstal en kreeg een geldboete van € 130,-, subsidiair 2 dagen hechtenis. De aanvraag tot herziening van dit vonnis werd ingediend door haar advocaat, mr. N.C.W. Haesen.
De Hoge Raad heeft de aanvrage tot herziening beoordeeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal Machielse in overweging genomen, die adviseerde om de aanvrage ongegrond te verklaren. De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling verwezen naar de gronden die in de conclusie van de Advocaat-Generaal zijn uiteengezet. Volgens artikel 468 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) moest de aanvrage derhalve worden afgewezen.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad de aanvrage tot herziening afgewezen, waarmee de eerdere veroordeling van de Politierechter in stand bleef. Dit arrest is uitgesproken door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en H.A.G. Splinter-van Kan, in aanwezigheid van waarnemend griffier L.J.J. Okker-Braber.