ECLI:NL:HR:2009:BI0471
Hoge Raad
- Cassatie
- O. de Savornin Lohman
- A. Hammerstein
- W.A.M. van Schendel
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- Rechtspraak.nl
Ontbinding koopovereenkomst tussen particulier en gemeente met betrekking tot bouwgrond en de gevolgen daarvan
In deze zaak gaat het om een geschil tussen een particulier, aangeduid als [eiser], en de Gemeente Steenwijkerland over een koopovereenkomst betreffende een perceel bouwgrond. De Gemeente heeft [eiser] gedagvaard om medewerking te verlenen aan de ongedaanmaking van de eigendomsoverdracht van het perceel, dat vrij van bebouwing en hypothecaire rechten diende te worden teruggeleverd. De Gemeente vorderde daarnaast contractuele boetes en schadevergoeding. De rechtbank Zwolle-Lelystad heeft op 17 mei 2006 de koopovereenkomst ontbonden en [eiser] veroordeeld tot medewerking aan de ongedaanmaking van de eigendomsoverdracht. [Eiser] heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem, dat op 27 november 2007 het vonnis van de rechtbank gedeeltelijk heeft vernietigd, maar de ontbinding van de koopovereenkomst heeft bevestigd.
Tegen het arrest van het hof heeft [eiser] cassatie ingesteld. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier, die tot verwerping van het beroep strekte, in overweging genomen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van [eiser] niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 374,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren van de Hoge Raad en openbaar uitgesproken op 9 oktober 2009. De zaak betreft belangrijke juridische principes met betrekking tot overeenkomstenrecht en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.