ECLI:NL:HR:2009:BI0738
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Herziening van een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage inzake motorrijtuigenverzekering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 april 2009 uitspraak gedaan over een aanvrage tot herziening van een eerder arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. M.G. Cantarella, had verzocht om herziening van een arrest dat op 28 maart 2006 was gewezen, waarin hij was veroordeeld voor het rijden zonder verzekering van een motorrijtuig op 15 mei 2004. De aanvrager stelde dat er op de datum van de overtreding wel degelijk een verzekering van kracht was, hetgeen werd onderbouwd met bewijsstukken die aan de herzieningsaanvraag waren gehecht.
De Hoge Raad heeft de conclusie van de Advocaat-Generaal Jörg gevolgd, die stelde dat de aanvrage gegrond was. De Hoge Raad oordeelde dat er een omstandigheid was die als grond voor herziening kon worden aangemerkt, zoals bedoeld in artikel 457, eerste lid aanhef en onder 2° van het Wetboek van Strafvordering. Dit leidde tot de beslissing om de tenuitvoerlegging van het eerdere arrest op te schorten en de zaak te verwijzen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor een nieuwe behandeling.
De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van de juiste toepassing van de wet en de mogelijkheid voor een verdachte om in beroep te gaan wanneer er nieuwe feiten aan het licht komen die de eerdere veroordeling kunnen beïnvloeden. De Hoge Raad heeft hiermee de rechtsbescherming van de aanvrager gewaarborgd en de mogelijkheid tot herziening van een onherroepelijke uitspraak bevestigd.