ECLI:NL:HR:2009:BJ0636

Hoge Raad

Datum uitspraak
2 oktober 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07/13574
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over prijsaanpassing bij aanneming van werk en onjuiste gegevens door opdrachtgever

In deze zaak heeft eiseres, gevestigd te [vestigingsplaats], op 19 september 2005 verweerster, tevens handelende onder de naam [A], gedagvaard voor de rechtbank Zwolle-Lelystad. Eiseres vorderde veroordeling van verweerster tot betaling van een bedrag van € 146.326,18, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank heeft bij vonnis van 19 juli 2006 de vordering van eiseres afgewezen. Eiseres heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem, dat op 11 september 2007 het vonnis van de rechtbank heeft bekrachtigd. Eiseres heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest van het hof.

In cassatie heeft de Hoge Raad de zaak beoordeeld. De advocaat-generaal F.F. Langemeijer heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. Eiseres heeft op deze conclusie gereageerd via haar advocaat mr. M.J. Schenck. De Hoge Raad heeft op 2 oktober 2009 het beroep verworpen en eiseres in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, tot op deze uitspraak aan de zijde van verweerster begroot op € 4.461,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

De Hoge Raad oordeelde dat de in het middel aangevoerde klachten niet tot cassatie konden leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 RO, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Het arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer F.B. Bakels.

Uitspraak

2 oktober 2009
Eerste Kamer
07/13574
EV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. M.J. Schenk, thans mr. R.A.A. Duk,
t e g e n
[Verweerster], tevens handelende onder de naam [A],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. E. Grabandt.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en [verweerster].
1. Het geding in feitelijke instanties
[Eiseres] heeft bij exploot van 19 september 2005 [verweerster] gedagvaard voor de rechtbank Zwolle-Lelystad en gevorderd, kort gezegd, [verweerster] te bevelen en te veroordelen om aan [eiseres] te betalen een bedrag van € 146.326,18, met rente en kosten.
[Verweerster] heeft de vordering bestreden.
De rechtbank heeft bij vonnis van 19 juli 2006 de vordering van [eiseres] afgewezen.
Tegen dit vonnis heeft [eiseres] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem.
Bij arrest van 11 september 2007 heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [eiseres] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerster] heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor [eiseres] toegelicht door mr. F. Damsteegt-Molier, advocaat te Amsterdam. Voor [verweerster] is de zaak toegelicht door haar advocaat en mr. L. van den Eshof, advocaat bij de Hoge Raad.
De conclusie van de Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het beroep.
Bij brief van 10 juli 2009 heeft mr. M.J. Schenck, advocaat te Amsterdam, namens [eiseres] op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op € 4.461,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 2 oktober 2009.