ECLI:NL:HR:2009:BJ8651
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis wegens persoonsverwisseling
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 november 2009 uitspraak gedaan over een aanvraag tot herziening van een eerder vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Arnhem. De aanvrager, geboren in 1973 en wonende te [woonplaats], was eerder veroordeeld voor poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, met een voorwaardelijke gevangenisstraf en een werkstraf. De aanvrage tot herziening is ingediend door mr. R.F. Vogel, advocaat te Almere, op basis van de stelling dat er sprake is van een persoonsverwisseling, wat een grond voor herziening is volgens artikel 457, eerste lid aanhef en onder 2° van het Wetboek van Strafvordering.
De Procureur-Generaal Fokkens heeft in zijn conclusie aangegeven dat de Hoge Raad de aanvrage gegrond zou moeten verklaren en de tenuitvoerlegging van het eerdere vonnis zou moeten opschorten. De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en de aanvrage tot herziening gegrond verklaard. Tevens is de zaak verwezen naar het Gerechtshof te Arnhem voor een nieuwe behandeling, zoals voorzien in artikel 467, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering.
De Hoge Raad heeft in zijn beslissing bevestigd dat de door de aanvrager gestelde omstandigheid van persoonsverwisseling als een geldige grond voor herziening moet worden aangemerkt. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en W.F. Groos, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier L.J.J. Okker-Braber.