ECLI:NL:HR:2010:BK8102

Hoge Raad

Datum uitspraak
19 februari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/00270
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van verzoek tot ontruiming in faillissementsrecht

In deze zaak heeft Groot Amer B.V. op 11 december 2008 een verzoekschrift ingediend bij de rechter-commissaris in de rechtbank Leeuwarden. Het verzoek hield in dat de curatoren van VDS Groep B.V. moesten worden bevolen om een pand aan de [a-straat 1] te [plaats] voor 1 januari 2009 te (laten) ontruimen, of dat Groot Amer toestemming zou krijgen om zelf de inventaris te verplaatsen. De curatoren hebben echter geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van Groot Amer in dit verzoek. Op 19 december 2008 heeft de rechter-commissaris Groot Amer niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft Groot Amer hoger beroep ingesteld bij de rechtbank Leeuwarden, die op 8 januari 2009 de beschikking van de rechter-commissaris heeft bekrachtigd. Tegen deze beslissing heeft Groot Amer cassatie ingesteld.

In cassatie heeft de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot geconcludeerd tot niet-ontvankelijkverklaring van Groot Amer in haar cassatieberoep. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep van Groot Amer verworpen. De beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en is op 19 februari 2010 in het openbaar uitgesproken door raadsheer W.A.M. van Schendel.

Uitspraak

19 februari 2010
Eerste Kamer
09/00270
DV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
GROOT AMER B.V.,
gevestigd te Leeuwarden,
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
mrs. R.J.L. GUSTENHOVEN en R. BREMEN,
curatoren in het faillissement van VDS Groep B.V.,
gevestigd te Leeuwarden,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Groot Amer en de curatoren.
1. Het geding in feitelijke instanties
Met een op 11 december 2008 ingediend verzoekschrift heeft Groot Amer zich gewend tot de rechter-commissaris in de rechtbank Leeuwarden en verzocht, kort gezegd, om de curatoren te bevelen het pand gelegen aan de [a-straat 1] te [plaats] voor 1 januari 2009 te (laten) ontruimen, dan wel Groot Amer toestemming te verlenen voor haar eigen rekening de inventaris te (laten) verplaatsen.
De curatoren hebben geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van Groot Amer in het verzoek.
De rechter-commissaris heeft bij beschikking van 19 december 2008 Groot Amer niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek.
Tegen deze beschikking heeft Groot Amer hoger beroep ingesteld bij de rechtbank Leeuwarden.
Na mondelinge behandeling heeft de rechtbank bij beschikking van 8 januari 2009 de beschikking van de rechter-commissaris bekrachtigd.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft Groot Amer beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen de curatoren is verstek verleend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van Groot Amer in haar cassatieberoep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer W.A.M. van Schendel op 19 februari 2010.