ECLI:NL:HR:2010:BL6024
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Uitsluiting van aansprakelijkheid in verzekeringsrecht bij seksuele gedragingen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 april 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij de eiseres, wonende te [woonplaats], een beroep deed op de aansprakelijkheidsverzekering van haar ex-echtgenoot, die onherroepelijk was veroordeeld voor verkrachting. De eiseres had haar vordering op de verzekeraar, Fortis ASR Schadeverzekering N.V. (voorheen AMEV Schadeverzekering N.V.), gecedeerd. De kern van het geschil betrof de vraag of de verzekeraar zich kon beroepen op een uitsluiting in de polisvoorwaarden die aansprakelijkheid uitsloot voor schade veroorzaakt door seksuele gedragingen. De rechtbank had de vorderingen van de eiseres afgewezen, en het gerechtshof te Amsterdam had dit vonnis bekrachtigd. De eiseres stelde dat de uitsluiting in strijd was met de Mededingingswet en dat deze nietig was. De Hoge Raad oordeelde dat de aanbeveling van het Verbond van Verzekeraars, die de uitsluiting van aansprakelijkheid voor seksuele gedragingen bevatte, voldeed aan de voorwaarden voor groepsvrijstelling van het kartelverbod. De Hoge Raad verwierp het cassatieberoep en oordeelde dat de uitsluiting in de polisvoorwaarden geldig was. De eiseres werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verzekeraar werden begroot op € 1.571,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.