ECLI:NL:HR:2010:BL8622
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van kinderalimentatie en financiële draagkracht
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 april 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende kinderalimentatie. De man, verzoeker tot cassatie, had beroep ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof te Arnhem, waarin de alimentatieverplichting werd vastgesteld. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de rechtbank Almelo en het gerechtshof, die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak. De centrale vraag in deze procedure was of de financiële draagkracht van de alimentatieplichtige, in dit geval de man, uitsluitend door zijn inkomen wordt bepaald of ook door zijn vermogen. De Hoge Raad oordeelt dat de vraag of van de alimentatieplichtige kan worden gevergd dat hij inteert op zijn vermogen, afhankelijk is van de omstandigheden van het geval, met betrekking tot zowel de draagkracht als de behoefte van de alimentatiegerechtigde. De Hoge Raad concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden vereist zijn om te oordelen over de draagkracht van de alimentatieplichtige. De klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, kunnen niet tot cassatie leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep van de man, waarmee de beschikking van het hof in stand blijft.