ECLI:NL:HR:2010:BN5663
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en schadevergoeding bij vernietiging van magnetiet
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, betreft het een geschil over onrechtmatige daad en schadevergoeding naar aanleiding van de vernietiging van een partij magnetiet. De eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Garretsen, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de arresten van het gerechtshof te Amsterdam. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen en arresten die in de feitelijke instanties zijn gewezen, waaronder een verstekvonnis van de kantonrechter te Amersfoort en verschillende vonnissen van de rechtbank Utrecht.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat inhoudt dat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt de eiser in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerster zijn begroot op nihil.
De uitspraak is gedaan door de raadsheren A. Hammerstein (voorzitter), F.B. Bakels, C.E. Drion en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann op 15 oktober 2010. Deze uitspraak heeft implicaties voor de beoordeling van schadevergoeding in gevallen van onrechtmatige daad, met name in situaties waarin de waarde van vernietigde goederen moet worden vastgesteld.