ECLI:NL:HR:2010:BN5833
Hoge Raad
- Cassatie
- D.H. Beukenhorst
- E.J. Numann
- W.A.M. van Schendel
- C.A. Streefkerk
- W.D.H. Asser
- F.B. Bakels
- Rechtspraak.nl
Cassatie over afwijzing verzoek tot voorlopig deskundigenonderzoek in letselschadezaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 oktober 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die volgde op een afwijzing van een verzoek tot voorlopig deskundigenonderzoek door de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verzoekster, Allianz Nederland Schadeverzekeringen N.V., had een verzoek ingediend om een deskundigenonderzoek te laten uitvoeren naar de aard, ernst en omvang van de beperkingen van de verweerster, die letsel had opgelopen door een aanrijding op 4 augustus 1996. Allianz had eerder een voorschot op de schadevergoeding aan de verweerster betaald, maar de schadeafwikkeling was niet tot stand gekomen. De rechtbank had het verzoek van Allianz afgewezen, en het hof had deze afwijzing bekrachtigd, met de overweging dat het verzoek in strijd was met de goede procesorde en dat een nieuw onderzoek een onevenredige belasting voor de verweerster zou vormen.
De Hoge Raad oordeelde dat het hof zijn oordeel onvoldoende had gemotiveerd. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van het gerechtshof en verwees de zaak naar het gerechtshof te Amsterdam voor verdere behandeling. De Hoge Raad oordeelde dat de eerdere onderzoeken niet voldoende waren onderbouwd en dat Allianz wel degelijk een belang had bij het verzochte deskundigenonderzoek. De Hoge Raad veroordeelde de verweerster in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Allianz waren begroot op € 372,49 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering door de lagere rechters bij het afwijzen van verzoeken tot deskundigenonderzoek in letselschadezaken.