ECLI:NL:HR:2011:BQ6074

Hoge Raad

Datum uitspraak
8 juli 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/02733
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg van een garantieclausule in verzekeringsrecht en de redelijkheid van beroep daarop

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 juli 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Reaal Schadeverzekeringen N.V. en twee verweersters. De zaak betreft een geschil over de uitleg van een garantieclausule in een verzekeringspolis en de vraag of het beroep op deze clausule naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken van de rechtbank 's-Gravenhage en het gerechtshof te 's-Gravenhage, waaruit blijkt dat Reaal beroep in cassatie heeft ingesteld tegen het arrest van het hof. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en Reaal veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 385,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

8 juli 2011
Eerste Kamer
10/02733
RM/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
REAAL SCHADEVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. R.A.A. Duk,
t e g e n
1. [Verweerster 1],
gevestigd te [vestigingsplaats],
2. [Verweerster 2],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERWEERSTERS in cassatie,
advocaat: mr. K.G.W. van Oven.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Reaal en [verweerster] c.s.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 04.3214/228989 van de rechtbank 's-Gravenhage van 6 juli 2005;
b. het arrest in de zaak 105.003.739/01 (C05/001373) van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 16 maart 2010.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Reaal beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerster] c.s. hebben geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor Reaal toegelicht door mr. M. Ynzonides en mr. W. Princée, advocaten te Amsterdam, en voor [verweerster] c.s. door mr. F.E. Vermeulen en mr. E.N. de Jong, eveneens advocaten te Amsterdam.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Reaal in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] c.s. begroot op € 385,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren E.J. Numann, als voorzitter, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 8 juli 2011.