ECLI:NL:HR:2011:BR2071

Hoge Raad

Datum uitspraak
27 september 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/03309
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • A.J.A. van Dorst
  • H.A.G. Splinter-van Kan
  • M.A. Loth
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen arrest Gerechtshof Arnhem in strafzaak

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, gedateerd 8 maart 2010, met nummer 21/002332-09. De verdachte, geboren in 1971 en woonachtig in [woonplaats], heeft het beroep ingesteld. De verdediging werd gevoerd door mr. J. Kuijper en mr. M. Mulder, beiden advocaat te Amsterdam, die een middel van cassatie hebben voorgesteld. Dit middel is aan het arrest gehecht en maakt daar deel van uit. De Advocaat-Generaal, de heer Silvis, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad der Nederlanden heeft op 27 september 2011 uitspraak gedaan in deze zaak. De beoordeling van het middel heeft uitgewezen dat het niet tot cassatie kan leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), er geen nadere motivering nodig is, omdat het middel niet leidt tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en M.A. Loth, en is uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz.

Uitspraak

27 september 2011
Strafkamer
nr. 10/03309
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 8 maart 2010, nummer 21/002332-09, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. J. Kuijper en mr. M. Mulder, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Silvis heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2. Beoordeling van het middel
Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en M.A. Loth, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken op 27 september 2011.