ECLI:NL:HR:2011:BR2817
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- H.A.G. Splinter-van Kan
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof te 's-Gravenhage inzake strafzaak
Op 11 oktober 2011 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak met nummer 09/04622. Het beroep in cassatie was ingesteld door de verdachte, geboren in 1961, die woonachtig is te [woonplaats]. De advocaat van de verdachte, mr. P.M. Rombouts, heeft middelen van cassatie voorgesteld, welke schriftuur aan het arrest is gehecht. De zaak betreft een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 30 oktober 2009 uitspraak deed in de strafzaak met nummer 21/004830-08.
De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Volgens artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO) behoeft dit geen nadere motivering, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Dit arrest is uitgesproken door vice-president A.J.A. van Dorst, samen met de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en M.A. Loth, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz.