ECLI:NL:HR:2011:BU4032
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen de Ontvanger van de Belastingdienst in belastingzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 november 2011 uitspraak gedaan in een cassatieberoep ingesteld door [eiseres] tegen de Ontvanger van de Belastingdienst/Rivierenland. De zaak betreft een belastingkwestie waarbij [eiseres] in beroep ging tegen een eerder arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De Hoge Raad verwijst naar eerdere arresten, waaronder een arrest van 8 juli 2005, en stelt vast dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de klachten niet leiden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep en veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 571,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan door de raadsheer J.C. van Oven.