ECLI:NL:HR:2012:BU7250
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Aanspraak werknemer op bonusregeling; uitleg partij-afspraken en aanvulling feitelijke grondslag
In deze zaak gaat het om de aanspraak van een werknemer op een bonusregeling, waarbij de uitleg van partij-afspraken centraal staat. De werknemer, aangeduid als [eiser], heeft cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Dit arrest volgde op een vonnis van de kantonrechter, waarin de werknemer zijn aanspraak op de bonusregeling betwistte. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere uitspraken en de argumenten die door de partijen zijn ingebracht. De advocaat van de eiser, mr. H.J.W. Alt, heeft de zaak toegelicht, terwijl de advocaat van de verweerder, T-Mobile Netherlands B.V., mr. E.M. Tjon-En-Fa, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink was eveneens gericht op verwerping van het beroep.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat bepaalt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep van de eiser verworpen en hem veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 6.078,34, bestaande uit verschotten en salaris voor de advocaat.
Dit arrest is uitgesproken op 30 maart 2012 door de vice-president E.J. Numann als voorzitter, samen met de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, M.A. Loth en G. Snijders. De uitspraak werd openbaar gedaan door raadsheer J.C. van Oven.