ECLI:NL:HR:2012:BU8676

Hoge Raad

Datum uitspraak
7 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/01938
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen onttrekking van minderjarige aan wettig gezag door 10-jarige jongen

In deze zaak gaat het om de onttrekking van een minderjarige aan het wettig gezag door een 10-jarige jongen. De jongen was in strijd met een rechterlijke beslissing, die bepaalde dat hij zijn hoofdverblijf bij zijn vader moest hebben, verborgen gehouden in de woning van zijn moeder. De Hoge Raad behandelt het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 12 februari 2010 uitspraak deed in deze strafzaak. De verdachte, geboren in 1960, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. H.M.W. Daamen, die middelen van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO), geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep en bevestigt daarmee de uitspraak van het Gerechtshof. Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en W.F. Groos, in aanwezigheid van de griffier S.P. Bakker, en is uitgesproken op 7 februari 2012.

Uitspraak

7 februari 2012
Strafkamer
nr. S 10/01938
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 12 februari 2010, nummer 20/004641-07, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1960, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. H.M.W. Daamen, advocaat te Maastricht, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en W.F. Groos, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken op 7 februari 2012.