ECLI:NL:HR:2012:BY1954
Hoge Raad
- Cassatie
- H.J. de Vries
- M.J. van der Meer
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem inzake navorderingsaanslag recht van successie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 2 november 2012 uitspraak gedaan in een cassatieberoep van X te Z. Het beroep was gericht tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, die op 6 maart 2012 was gedaan in de zaak met nummer 11/00525. De kwestie betrof een navorderingsaanslag in het recht van successie. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81, lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Dit artikel biedt de Hoge Raad de mogelijkheid om een cassatieberoep af te doen zonder inhoudelijke behandeling, indien het beroep kennelijk ongegrond is. De uitspraak van het Gerechtshof werd in deze procedure niet verder inhoudelijk getoetst, wat betekent dat de beslissing van het Gerechtshof in stand blijft. De zaak heeft belangrijke implicaties voor de rechtspraktijk, vooral met betrekking tot de behandeling van navorderingsaanslagen in het successierecht. De Hoge Raad bevestigt hiermee de lijn dat de belastingautoriteiten in bepaalde gevallen navorderingsaanslagen kunnen opleggen, mits zij zich aan de wettelijke vereisten houden. Dit arrest draagt bij aan de ontwikkeling van het bestuursrecht en belastingrecht in Nederland.