ECLI:NL:HR:2013:1574

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 december 2013
Publicatiedatum
4 december 2013
Zaaknummer
12/05140
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie in een jeugdzaak betreffende verwerping van middelen van cassatie

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 2 oktober 2012 is gewezen in de strafzaak tegen een verdachte, geboren in 1995. Het beroep is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door mr. H. Oldenhof, advocaat te 's-Gravenhage. In de schriftuur zijn middelen van cassatie voorgesteld, die aan het arrest zijn gehecht. De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Volgens artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO) behoeft dit geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de zaak niet verder in behandeling neemt en het beroep verwerpt.

De uitspraak is gedaan op 3 december 2013 door de vice-president W.A.M. van Schendel, samen met de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in aanwezigheid van de waarnemend griffier J.D.M. Hart. Het arrest is gepubliceerd onder ECLI:NL:HR:2013:1574 en is te vinden op Rechtspraak.nl.

Uitspraak

3 december 2013
Strafkamer
nr. 12/05140 J
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 2 oktober 2012, nummer 22/001254-12, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1995.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. H. Oldenhof, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal E.J. Hofstee heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op
3 december 2013.