ECLI:NL:HR:2013:BY5606

Hoge Raad

Datum uitspraak
15 januari 2013
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11/00493
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de bestreden uitspraak met betrekking tot de duur van de gevangenisstraf in cassatie

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 19 november 2010 is gewezen. De verdachte, geboren in 1984, heeft beroep in cassatie ingesteld, vertegenwoordigd door mr. M.L.M. van der Voet, advocaat te Amsterdam. De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd, maar enkel wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf. De gevangenisstraf is verminderd tot elf maanden en een week. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen van de verdachte niet tot cassatie kunnen leiden, en dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de middelen niet leiden tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of rechtsontwikkeling.

Daarnaast heeft de Hoge Raad ambtshalve de bestreden uitspraak beoordeeld. Het is vastgesteld dat er meer dan twee jaren zijn verstreken sinds het instellen van het cassatieberoep, wat betekent dat de redelijke termijn zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het EVRM is overschreden. Dit heeft geleid tot een vermindering van de aan de verdachte opgelegde gevangenisstraf met een duur van twaalf maanden. De Hoge Raad concludeert dat, aangezien geen van de middelen tot cassatie kan leiden en er geen andere gronden zijn voor vernietiging van de uitspraak, de beslissing als volgt moet worden genomen.

Uitspraak

15 januari 2013
Strafkamer
nr. S 11/00493
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 19 november 2010, nummer 22/002560-08, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1984.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. M.L.M. van der Voet, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman heeft daarop schriftelijk gereageerd.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Ambtshalve beoordeling van de bestreden uitspraak
De Hoge Raad doet uitspraak nadat meer dan twee jaren zijn verstreken na het instellen van het cassatieberoep. Dat brengt mee dat de redelijke termijn als bedoeld in art. 6, eerste lid, EVRM is overschreden. Dit moet leiden tot vermindering van de aan de verdachte opgelegde gevangenisstraf voor de duur van twaalf maanden.
4. Slotsom
Nu geen van de middelen tot cassatie kan leiden, terwijl de Hoge Raad geen andere dan de hiervoor onder 3 genoemde grond aanwezig oordeelt waarop de bestreden uitspraak ambtshalve zou behoren te worden vernietigd, brengt hetgeen hiervoor is overwogen mee dat als volgt moet worden beslist.
5. Beslissing
De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf;
vermindert deze in die zin dat deze elf maanden en een week beloopt;
verwerpt het beroep voor het overige.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en W.F. Groos, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken op 15 januari 2013.