ECLI:NL:HR:2013:BZ1460

Hoge Raad

Datum uitspraak
22 maart 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
12/00489
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid keuringsinstelling bij schade aan oogst door grondbesmetting

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 22 maart 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil over schade aan een oogst door grondbesmetting. De eiseres, een tuinbouwbedrijf, had de Stichting Nederlandse Algemene Kwaliteitsdienst Tuinbouw (NAK Tuinbouw) in rechte betrokken, waarbij zij stelde dat de keuringsinstelling aansprakelijk was voor de geleden schade. De zaak was eerder behandeld in de rechtbank Middelburg en het gerechtshof te 's-Gravenhage, waar de eiseres in het ongelijk was gesteld. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen en arresten, waaronder het vonnis van de rechtbank Middelburg en het arrest van het gerechtshof van 20 september 2011. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten van de eiseres niet tot cassatie konden leiden, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De conclusie van de Advocaat-Generaal, L. Timmerman, strekte tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad volgde deze conclusie. De eiseres werd veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van NAK Tuinbouw werden begroot op € 2.428,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door vice-president F.B. Bakels.

Uitspraak

22 maart 2013
Eerste Kamer
12/00489
RM/LZ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
gevestigd te [vestigingsplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. K. Aantjes,
t e g e n
de STICHTING NEDERLANDSE ALGEMENE KWALITEITSDIENST TUINBOUW,
gevestigd te Roelofarendsveen, gemeente Kaag en Braassem,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. K. Teuben.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en NAK Tuinbouw.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak 26522/HA ZA 00-448 van de rechtbank Middelburg van 26 maart 2003, 11 februari 2004, 12 mei 2004, 4 januari 2006, 9 januari 2008 en 8 juli 2009;
b. het arrest in de zaak MHD 200.054.714 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 20 september 2011.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [eiseres] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
NAK Tuinbouw heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping.
De advocaat van NAK Tuinbouw heeft bij brief van 15 februari 2013 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van NAK Tuinbouw begroot op € 2.428,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.B. Bakels als voorzitter en de raadsheren C.A. Streefkerk, C.E. Drion, G. de Groot en M.V. Polak, en in het openbaar uitgesproken door de vice-president F.B. Bakels op 22 maart 2013.