ECLI:NL:HR:2014:1583

Hoge Raad

Datum uitspraak
1 juli 2014
Publicatiedatum
2 juli 2014
Zaaknummer
13/00232
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beschikking Rechtbank Dordrecht inzake klaagschrift art. 552a Sv

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Dordrecht, gedateerd 22 oktober 2012, met nummer RK 10/91. Het beroep is ingesteld door de klaagsters, [A] B.V. en [B] B.V., die beiden gevestigd zijn te [vestigingsplaats]. De klaagsters hebben hun beroep in cassatie ingediend via hun advocaat, mr. P.M. van Russen Groen, die middelen van cassatie heeft voorgesteld. Deze middelen zijn aan het arrest gehecht en maken daar deel van uit.

De Advocaat-Generaal, G. Knigge, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. Na deze conclusie heeft de raadsman schriftelijk gereageerd op de standpunten van de Advocaat-Generaal. De Hoge Raad heeft vervolgens de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81, eerste lid, van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat stelt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen op 1 juli 2014. De beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, samen met de raadsheren V. van den Brink en E.S.G.N.A.I. van de Griend. De uitspraak vond plaats ter openbare terechtzitting, waarbij ook de waarnemend griffier E. Schnetz aanwezig was.

Uitspraak

1 juli 2014
Strafkamer
nr. 13/00232 B
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Dordrecht van 22 oktober 2012, nummer RK 10/91, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[A] B.V., en
[B] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats].

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klaagsters. Namens deze heeft mr. P.M. van Russen Groen, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal G. Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman heeft daarop schriftelijk gereageerd.
2. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president A.J.A. van Dorst als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink en E.S.G.N.A.I. van de Griend, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
1 juli 2014.