Uitspraak
wonende te [woonplaats],
wonende te [woonplaats],
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
3.Beoordeling van de middelen in het principale beroep
De afwijzende beschikking van de rechtbank is een deelbeschikking, aangezien in het dictum uitdrukkelijk op het verzoek tot afgifte van stukken is beslist.
Het verzoek heeft geen betrekking op de voortgang of instructie van de zaak, aangezien het verzoek strekt tot veroordeling van de man om zijn verplichtingen uit hoofde van art. 17 van de huwelijkse voorwaarden na te komen. Onbegrijpelijk is dat het hof buiten beschouwing heeft gelaten dat het verzoek is gegrond op art. 17 van de huwelijkse voorwaarden, aldus nog steeds de klachten.
Die beschikking is gegeven in een geding waarvan de inzet is de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden, en op een verzoek dat betrekking heeft op de instructie van dat geding (zie hiervoor in 3.4.2). Daarom is de beschikking waarin dat verzoek is afgewezen, een tussenbeschikking waarvan tussentijds hoger beroep is uitgesloten, behoudens daartoe verleend verlof (art. 358 lid 4 Rv).
4.Beslissing
19 december 2014.