In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woudrichem beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 26 juni 2015. De zaak betreft de legesheffing voor de restauratie van een rijksmonument, een boerderij gelegen aan de [a-straat 1] te [Q]. De belanghebbende had op 23 april 2012 een aanvraag omgevingsvergunning ingediend voor de verbouwing en uitbreiding van de boerderij, waarvoor leges van € 13.463,20 in rekening waren gebracht op basis van de Verordening leges 2012 van de gemeente Woudrichem.
Het Gerechtshof had geoordeeld dat de belanghebbende erop kon vertrouwen dat het tarief voor de leges, zoals vermeld in onderdeel 7.3.5 van de Tarieventabel, € 191,80 zou bedragen voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een beschermd monument. Het college betwistte dit en stelde dat er meerdere tarieven van toepassing waren, wat leidde tot het beroep in cassatie.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie ongegrond verklaard. De Raad oordeelde dat de Tarieventabel niet de mogelijkheid biedt voor een heffing van legesbedragen die afwijkt van de bewoordingen in de Tarieventabel. De Hoge Raad bevestigde dat het tarief van € 191,80 geldt voor de aanvraag van een omgevingsvergunning voor een beschermd monument, zonder dat daarbovenop andere tarieven van toepassing zijn. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van het geding in cassatie, vastgesteld op € 1984 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.