ECLI:NL:HR:2019:168

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 februari 2019
Publicatiedatum
1 februari 2019
Zaaknummer
17/05369
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen niet-ontvankelijk verklaring in hoger beroep wegens tijdige indiening van grieven

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarbij de verdachte niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn hoger beroep. De verdachte, geboren in 1981, had op 1 april 2016 een appelakte en appelschriftuur ingediend tegen een vonnis van 22 maart 2016. De Hoge Raad oordeelt dat de grieven tijdig zijn ingediend, binnen de termijn van 14 dagen na het instellen van het beroep. De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld concludeert tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing naar het Gerechtshof, zodat de zaak opnieuw kan worden berecht.

De Hoge Raad stelt vast dat het oordeel van het Hof, dat er geen schriftelijke bezwaren zijn opgegeven, onbegrijpelijk is. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Gerechtshof en wijst de zaak terug, zodat het hoger beroep opnieuw kan worden behandeld. Dit arrest is gewezen op 5 februari 2019 door de vice-president J. de Hullu, samen met de raadsheren V. van den Brink en A.L.J. van Strien, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

5 februari 2019
Strafkamer
nr. S 17/05369
SLU
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 15 maart 2017, nummer 21/001896-16, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1981.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft G. Spong, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal A.E. Harteveld heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
2. Beoordeling van het middel
2.1.
Het middel bevat de klacht dat het Hof de verdachte ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard in zijn hoger beroep omdat de verdachte, anders dan het Hof heeft overwogen, tijdig een schriftuur houdende grieven heeft ingediend.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 4 tot en met 6 is het middel terecht voorgesteld.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren V. van den Brink en A.L.J. van Strien, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
5 februari 2019.