Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
hij in of omstreeks de periode van medio april 2017 tot en met 18 november 2017 te Oss opzettelijk speelautomaten, die niet overeenstemmen met het door de raad van bestuur, bedoeld in artikel 33a van de Wet op de kansspelen, toegelaten model daarvan en die niet ten bewijze daarvan zijn voorzien van het ingevolge artikel 30r van de Wet op de kansspelen, eerste lid, met betrekking tot die toelating vastgestelde merkteken
- heeft geëxploiteerd en
- aanwezig heeft gehad op plaatsen of in inrichtingen als bedoeld in artikel 30b, eerste lid, van de Wet op de kansspelen;
hij in of omstreeks de periode van medio april 2017 tot en met 18 november 2017 te Oss opzettelijk op een voor het publiek toegankelijke plaats, te weten een reisbureau, gelegen aan de [a-straat 1] en/of [b-straat] , zonder (geldige) vergunning van de burgemeester, kansspelautomaten, te weten 3 speelautomaten voorzien van (een computer en) software waarmee sportweddenschappen afgesloten kunnen worden, aanwezig heeft gehad.”
- er 1.409 weddenschappen op sportwedstrijden zijn afgesloten in de periode van 29 september 2017 te 18:32 uur tot en met 18 november 2017 te 20:29 uur met een totaal bedrag van € 19.000,00;
De apparaten in de onderhavige strafzaak zijn aangetroffen in [A] ; het reisbureau van de verdachte. Uit het uittreksel van de Kamer van Koophandel volgt dat de bedrijfsvoering van het reisbureau was gericht op reisbemiddeling en advies en niet op het ter beschikking stellen van computers om daarop te internetten, zoals in de Haagse zaak het geval was. Voorts overweegt het hof dat uit het dossier volgt dat de bij de verdachte aangetroffen apparaten een houten behuizing hadden, waarin een computerscherm, een toetsenbord, een muis, een scanner en een eenheid voor de invoer van munten waren bevestigd. Deze apparaten waren, ook naar hun uiterlijke verschijningsvorm, uitsluitend bedoeld om, via de geïnstalleerde software, op (voetbal)wedstrijden te gokken.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 1 februari 2023 verklaard dat de apparaten waren bedoeld om “in te leggen op voetbalwedstrijden”, dat er “enkel werd gewed op voetbalwedstrijden” en dat hij daarmee geld verdiende.
3.Beslissing
26 november 2024.