ECLI:NL:HR:2024:319

Hoge Raad

Datum uitspraak
5 maart 2024
Publicatiedatum
5 maart 2024
Zaaknummer
21/05149
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Betekening van dagvaarding in hoger beroep zonder postcode naar adres in België

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 5 maart 2024 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juni 2021. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1978, die in hoger beroep was gegaan tegen een eerdere uitspraak. De kern van het geschil draait om de geldigheid van de betekening van de dagvaarding in hoger beroep, die was verzonden naar een adres in België. De advocaat van de verdachte, N.M. Fakiri, stelde dat de betekening niet geldig was omdat de postcode ontbrak in de adresgegevens die aan de politie waren verstrekt. De Hoge Raad oordeelde dat de akte van uitreiking niet vermeldde dat de dagvaarding was verzonden met de benodigde postcode, wat essentieel is voor een geldige betekening. Hierdoor was het oordeel van het hof dat de dagvaarding geldig was betekend niet begrijpelijk. De Hoge Raad heeft de uitspraak van het hof vernietigd en de betekening van de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard. De plaatsvervangend advocaat-generaal M.E. van Wees had geconcludeerd tot vernietiging en terugwijzing, wat door de Hoge Raad werd gevolgd. Dit arrest benadrukt het belang van volledige adresgegevens, inclusief postcode, bij de betekening van juridische documenten.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer21/05149
Datum5 maart 2024
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juni 2021, nummer 20-001126-20, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft N.M. Fakiri, advocaat te Rotterdam, bij schriftuur cassatiemiddelen voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De plaatsvervangend advocaat-generaal M.E. van Wees heeft geconcludeerd tot vernietiging van de uitspraak en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, teneinde op het bestaande beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel klaagt over het oordeel van het hof dat de dagvaarding in hoger beroep geldig is betekend (uitgereikt). Het voert onder meer aan dat de adresgegevens van het adres in België waaraan is betekend via toezending aan dat adres, niet compleet zijn omdat de postcode niet is vermeld.
2.2
De berechting in hoger beroep heeft bij verstek plaatsgevonden. De inhoud van de stukken die voor de beoordeling van het cassatiemiddel van belang zijn, is weergegeven in de conclusie van de advocaat generaal onder 3.3. Kort samengevat volgt daaruit het volgende. De Informatiestaat SKDB van 25 maart 2021 vermeldt geen adres in de Basisregistratie personen, geen detentieadres en geen laatst opgegeven woon- of verblijfplaats. Van de verdachte was wel een adres in België bekend, namelijk het in de door de politie opgemaakte processen-verbaal vermelde adres [a-straat 1] , [plaats] . Blijkens de akte van uitreiking is de dagvaarding in hoger beroep verzonden naar het adres [a-straat 1] , te [plaats] . Een postcode is daarbij niet vermeld.
2.3
De uitreiking van de dagvaarding in hoger beroep aan de verdachte, van wie alleen een adres in België bekend was, heeft plaatsgevonden door rechtstreekse toezending van die dagvaarding over de post. Nu van dat adres de postcode deel uitmaakt en de akte van uitreiking niet inhoudt dat de toezending aan het adres in België heeft plaatsgevonden met vermelding van de van dat adres deel uitmakende postcode, is het oordeel van het hof dat de dagvaarding in hoger beroep geldig is betekend, niet zonder meer begrijpelijk.
2.4
Het cassatiemiddel slaagt in zoverre.

3.Beoordeling van de cassatiemiddelen voor het overige

Gelet op de beslissing die hierna volgt, is bespreking van de cassatiemiddelen voor het overige niet nodig.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- verklaart de betekening van de dagvaarding in hoger beroep nietig.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren A.L.J. van Strien en T.B. Trotman, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
5 maart 2024.