Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
3.Ambtshalve beoordeling van de uitspraak van het hof
4.Beslissing
11 november 2025.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 november 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 april 2024. De verdachte, geboren in 1989, was betrokken bij een poging tot moord op een advocaat (curator) in Duitsland in 2019, waarbij meerdere kogels zijn afgevuurd. De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld, waarbij de verdediging onder andere bewijsconstructies en strafmotivering aanvoerde. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar enkel wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf van 15 jaren en 9 maanden. De Hoge Raad oordeelde dat de redelijke termijn voor het cassatieberoep was overschreden, wat leidde tot een vermindering van de gevangenisstraf naar 15 jaren en 7 maanden. De overige klachten werden verworpen, en de Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven voor zijn oordeel. Dit arrest is gewezen door de vice-president en twee raadsheren, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.