Uitspraak
1.Procesverloop
De advocaat van de bestuurders heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
12 december 2025.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van bestuurders van Roebia Zorg Dienstverlening B.V. na een faillissement. De bestuurders hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarin zij werden aangesproken op hun bestuurdersaansprakelijkheid op basis van artikel 2:248 van het Burgerlijk Wetboek. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Midden-Nederland en arresten van het hof, waaruit blijkt dat de bestuurders in een vrijwaringszaak betrokken zijn, waarbij de curator en het zorgkantoor als verweerders optreden. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, en de Hoge Raad heeft de klachten van de bestuurders beoordeeld. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest van het hof, en dat er geen noodzaak is om verder te motiveren. De Hoge Raad verwerpt het beroep en legt de kosten van het geding op aan de bestuurders, inclusief wettelijke rente indien deze kosten niet tijdig worden voldaan.