ECLI:NL:OGEAA:2015:162
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake geldlening en bestreden handtekening tussen E* en G*
In deze civiele zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, heeft eiseres E*, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M. Bemer, een vordering ingesteld tegen gedaagde G*, bijgestaan door zijn advocaat mr. M.G.A. Baiz. De zaak betreft een geldlening van Afl. 25.000,-- die G* aan E* had verstrekt, met een overeengekomen rente van 6,5% per jaar. E* vorderde betaling van het geleende bedrag, vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten, terwijl G* verweer voerde en stelde dat E* niet-ontvankelijk verklaard moest worden in haar vordering.
De procedure omvatte een comparitie van partijen op 26 januari 2015, waar beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. Het Gerecht heeft in zijn vonnis van 1 juli 2015 geoordeeld dat er geen gronden zijn om E* niet-ontvankelijk te verklaren. Het Gerecht heeft vastgesteld dat G* niet heeft voldaan aan de verplichting om originele documenten met zijn handtekening over te leggen, wat de mogelijkheid voor E* om deskundigenonderzoek te laten verrichten heeft belemmerd. Hierdoor heeft het Gerecht aangenomen dat de bestreden handtekening inderdaad van G* is.
Het Gerecht heeft geoordeeld dat G* in gebreke is gebleven met de terugbetaling van de lening, die uiterlijk op 31 juli 2014 had moeten plaatsvinden. Daarom is G* vanaf 1 augustus 2014 rente verschuldigd aan E*. Het Gerecht heeft de vordering van E* toegewezen, inclusief de rente, maar heeft de vordering voor buitengerechtelijke incassokosten afgewezen. G* is veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op Afl. 968,-- aan verschotten en Afl. 1.800,-- aan salaris voor de gemachtigde. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.