ECLI:NL:OGEAA:2018:125

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
13 maart 2018
Publicatiedatum
20 maart 2018
Zaaknummer
2055 van 2017 / AUA201702452
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Alimentatiezaak tussen vader en moeder met betrekking tot kinderalimentatie en achterstand

In de alimentatiezaak tussen de vader, wonende in Bonaire, en de moeder, wonende in Aruba, heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 13 maart 2018 een beschikking gegeven. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.J. Winkel, en de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.L. Griffith, hebben geen betalingsregeling kunnen bereiken voor de achterstand van Afl. 30.000,00. De werkgever van de vader houdt sinds augustus 2017 vrijwillig een bedrag van USD$ 350,- per maand in op zijn loon voor de kinderalimentatie. Tot nu toe is alleen het ingehouden bedrag voor de maanden augustus en september 2017 overgemaakt naar de rekening van de moeder. De vader heeft aangeboden om het bedrag van USD$ 350,- per maand zelf over te maken, bestaande uit USD$ 250,- voor de kinderalimentatie en USD$ 100,- voor de achterstand. Het gerecht heeft overwogen dat de moeder eventueel zelf actie kan ondernemen met een executoriale titel van de beschikking van 17 januari 2018 als zij een hoger bedrag wenst te ontvangen.

In de beschikking is bepaald dat de vader het bedrag van USD$ 250,- per maand aan kinderalimentatie, vermeerderd met jaarlijkse indexering, en USD$ 100,- per maand aan achterstand rechtstreeks aan de moeder moet overmaken, tenzij er beslag op het loon van de vader is gelegd. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het meer of anders verzochte is afgewezen. Deze beslissing is genomen door mr. A.J.J. van Rijen ter zitting op 13 maart 2018, in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

Beschikking van 13 maart 2018
behorend bij EJ nr. 2055 van 2017 / AUA201702452
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
in de alimentatiezaak tussen
[Verzoeker],
wonende in Bonaire,
VERZOEKER, hierna: de vader,
gemachtigde: de advocaat mr. E.J. Winkel,
en
[Verweerster],
wonende in Aruba,
VERWEERSTER, hierna te noemen de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. G.L. Griffith.

1.DE PROCEDURE

De procedure blijkt uit de beschikking van 17 januari 2018. De verdere procedure blijkt uit:
- de akte uitlating zijdens partijen, ingediend op 30 januari 2018.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE VERDERE BEOORDELING

2.1
Partijen hebben geen betalingsregeling bereikt met betrekking tot de betaling door de vader van de achterstand van Afl. 30.000,00. Er wordt door de werkgever van de vader vrijwillig een bedrag van USD$ 350,- per maand ingehouden op zijn loon sinds augustus 2017 ten behoeve van de door de vader te betalen kinderalimentatie. Slechts het ingehouden bedrag over de maanden augustus 2017 en september 2017 is overgemaakt naar de rekening van de gemachtigde van de moeder. De vader heeft aangeboden het bedrag van USD$ 350,- per maand, zijnde het bedrag van USD$ 250,- aan de te betalen kinderalimentatie en USD$ 100,- aan achterstallige kinderalimentatie, zelf over te maken naar de rekening van de moeder. Op het moment dat de vader meer inkomen ontvangt zal hij meer betalen op de achterstand. Het gerecht zal dienovereenkomstig beslissen. Ten overvloede overweegt het gerecht dat de moeder eventueel zelf actie zou kunnen ondernemen met een executoriale titel van de beschikking van dit gerecht van 17 januari 2018 als zij een bedrag hoger dan USD$ 100,- per maand wenst te ontvangen met betrekking tot de achterstand van de vader.
2.2
Gezien de aard van de procedure zullen de proceskosten worden gecompenseerd.

4.DE BESLISSING

Het gerecht:
bepaalt dat de vader het bedrag van USD$ 250,- per maand aan kinderalimentatie, vermeerderd met de jaarlijkse indexering en het bedrag van USD$ 100,- per maand aan achterstand rechtstreeks zal overmaken naar de rekening van de moeder, voor zover de moeder geen beslag op de loon van de vader heeft gelegd,
compenseert de proceskosten aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt,
wijst het meer of anders verzochte af.
Aldus gegeven door mr. A.J.J. van Rijen, rechter in dit gerecht, ter zitting van woensdag 13 maart 2018 in aanwezigheid van de griffier.