In deze beschikking van 23 januari 2018, uitgesproken door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, is het verzoek van de dochter tot ontkenning van het vaderschap van de man behandeld. De dochter, procederende in persoon, heeft verzocht om gegrondverklaring van de ontkenning van het door het huwelijk ontstane vaderschap van de man, die niet verschenen is op de zitting. De procedure is gestart met een verzoekschrift dat op 27 juli 2017 is ingediend, gevolgd door een advies van de ambtenaar van de burgerlijke stand op 20 november 2017 en een mondelinge behandeling op 21 november 2017. Tijdens deze behandeling was de verzoekster aanwezig, maar de man was niet verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping.
De feiten van de zaak zijn dat de dochter is geboren uit het huwelijk tussen de moeder en de man. De dochter verzoekt om de ontkenning van het vaderschap, omdat de man niet de biologische vader zou zijn. De rechter heeft vastgesteld dat het verzoek binnen de wettelijke termijn is ingediend, waardoor de dochter ontvankelijk is in haar verzoek. De rechter heeft verder geoordeeld dat biologisch vaderschap kan worden vastgesteld door middel van DNA-onderzoek, wat noodzakelijk is om de juridische status van het vaderschap te bepalen.
De rechter heeft daarom gelast dat er een DNA-onderzoek wordt uitgevoerd om te bepalen of [XY], vermoedelijk de biologische vader, daadwerkelijk de biologische vader van de dochter is. Dit onderzoek zal worden uitgevoerd door een erkend laboratorium. De zaak is aangehouden voor verdere beslissingen en de uitslag van het onderzoek zal op een later moment worden besproken in de rolzitting. De beschikking is gegeven door mr. A.J.J. van Rijen, rechter in dit gerecht, in tegenwoordigheid van de griffier.