In deze zaak, die voor het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba werd behandeld, stond de tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst van 10 augustus 2017 tot het vestigen van een recht van erfpacht centraal. Eiseres, ISLAND ESTATES REALTY N.V. (IER), had een overeenkomst gesloten met het Land Aruba, maar het Land stelde dat de overeenkomst nietig was wegens strijd met de openbare orde. De procedure volgde op een tussenvonnis van 25 augustus 2021, waarin het gerecht eerder had geoordeeld dat de overeenkomst niet in strijd met de openbare orde was. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 november 2021 heeft het Land zijn standpunten nader toegelicht, waarbij het stelde dat er feitelijke misslagen waren in het tussenvonnis. Het gerecht heeft de argumenten van het Land overwogen, maar bleef bij zijn eerdere oordeel dat de overeenkomst geldig was.
Het gerecht oordeelde dat de Minister van het Land Aruba op 15 augustus 2013 zijn akkoord had verleend voor de aanvraag van IER, en dat de daaropvolgende Ministeriële Beschikkingen niet in strijd met de openbare orde waren. Het gerecht concludeerde dat er geen bewijs was dat de Minister had gehandeld met de bedoeling om een nieuwe regering voor voldongen feiten te stellen. De lange tijdsduur van de besluitvorming werd niet als een argument voor nietigheid geaccepteerd. Uiteindelijk oordeelde het gerecht dat het Land tekort was geschoten in de nakoming van de overeenkomst, en dat deze tekortkoming aan het Land kon worden toegerekend. IER werd in de gelegenheid gesteld om haar schade te onderbouwen in een door haar te nemen akte, en de zaak werd verwezen naar de rolzitting van 16 maart 2022 voor verdere behandeling.