Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
Aangifte BBO/BAZV augustus 2023
- Bij leveringen van goederen en verrichten van diensten tussen vennootschappen binnen de fiscale eenheid wordt in het algemeen geen BBO in rekening gebracht en/of afgedragen. Derhalve kunnen voor dergelijke onderlinge prestaties dan ook geen BBO als voorbelasting worden afgetrokken.
- Levering van goederen die door de restaurants voor eigen gebruik, zoals in dit geval [W] NV, worden geïmporteerd kunnen niet als handelsgoederen worden bestempeld en derhalve kan belastingplichtige geen aftrek van voorbelasting genieten.”
3.GESCHIL
4.BEOORDELING VAN HET BEROEP
Juridisch kader
leveringenvan goederen
medeworden aangemerkt als handelsgoederen (zie artikel 2, aanhef van de Regeling handelsgoederen), waaronder bepaalde bewerkingshandelingen met betrekking tot ingevoerde goederen, zijnde eet- en drinkwaren, bestemd voor de doorverkoop en waarbij de
leveringdaarvan niet heeft te gelden als een dienst. Ter illustratie wordt in de Toelichting een aantal voorbeelden gegeven van dergelijke onder de Regeling handelsgoederen kwalificerende goederen. Voor wat betreft de genoemde verruiming ten aanzien van eet- en drinkwaren is het volgende voorbeeld gegeven:
handel, goederen bestemd om te
verhandelen. De wetgever heeft dit tot uitdrukking gebracht door te bepalen dat het moet gaan om goederen die zijn bestemd voor de wederverkoop en heeft wederverkoop in de Memorie van Toelichting omschreven als doorverkopen van de ingevoerde goederen zonder enige bewerking (zie onderdeel 4.10). Aldus is naar het oordeel van het Gerecht een duidelijke omschrijving gegeven van handelsgoederen die overeenstemt met wat in het normale spraakgebruik daaronder wordt verstaan.
goederen. Onder
goederendient met name niet te worden begrepen de goederen die bij ‘doorverkoop’ onderdeel gaan uitmaken van een dienst, althans een ondergeschikt onderdeel uitmaken van die dienst. Ook deze toelichting draagt naar het oordeel van het Gerecht bij aan het duiden van het begrip ‘handelsgoederen’ en is alleszins begrijpelijk.
leveringvan de door belanghebbende ingevoerde goederen. Op basis van hetgeen partijen (niet) hebben gesteld komt het Gerecht evenwel tot de conclusie dat belanghebbende, althans in de restaurants [X] en [Z], veeleer diensten verrichten in plaats van leveringen, althans voor zover sprake is van een levering deze een ondergeschikt onderdeel uitmaakt van een verrichte dienst.
5.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
6.BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij: